Vandaag is Gedichtendag. Speciaal voor u, de bezoekers van deze almaar bescheidener weblog, plaats ik hieronder een nieuw eigen gedicht.
Dit gedicht met als titel Ik geloof zal verschijnen in mijn volgende bundel, waarvoor ik nog geen uitgever heb, maar wel al een resem werktitels: Lichaam van Christus, Onrust in het perineum, Wij zagen ons in een grote groep klootzakken veranderen, Drie miauwkes, Poëzie voor fysici, Vaatdoeken gestreken en Het is een mooi leven (als Pat Donnez geen dichtbundels meer publiceert).
Overigens, na het inpalmen van de Boekenbeurs, hebben de BV’s het nu ook gemunt op Gedichtendag. Op Q-Music zullen een aantal Bekende Vlamingen gedichtjes (sic) voordragen. Niet zeuren, Hoorne, we weten toch al langer dan vandaag dat een mens die met zijn smoel op tv komt ineens behept wordt met een geweldige aanwas van de meest uiteenlopende talenten.
Om over het filegedicht dat in gang werd gezet door Hugo Claus nog maar te zwijgen. Blijkbaar is de ouwe Claus zo ver heen dat hij nu ook al meewerkt aan de doodgraverij van zijn eigen vak. File-gedicht, Claus? Moet dat niet zijn: Seniele-gedicht?
Hyperlinks naar dit alles: zoek ze zelf.
IK GELOOF
In veel valt te geloven,
goddeloosheid bijvoorbeeld
en dat ik u aan de galg zal schrijven.
Dat ik u hard in het gezicht zal slaan
en zeggen: waarlijk, dit deed me goed.
Neen, ik had het niet mogen doen, en ja,
het spijt me zeer, maar o uw lieve god, wat luchtte
die klinkende mot op de fotogenieke kant van
uw liederlijke kop mij godverdomme op.
En dat u mij dan dankt voor het duidelijke statement,
de klare taal mijner ongeveinsde persoonlijkheid.
Ook dat wil ik graag geloven.
En dat u mij dan de andere wang aanbiedt
en ik ten tweeden male mijn hand opspan.